Quinoatabouleh met falafel en yoghurt-looksaus

diner
kikkererwt, komkommer, peterselie, quinoa, tomaat

Ik ben fan van de Libanese keuken, en dan vooral de “mezze”.

Naast de dips en het platbrood, is ’tabouleh’ een vaste waarde wanneer we een bestelling plaatsen bij onze favoriete Libanese take away.

Het hoofdingrediënt van tabouleh is peterselie. In de traditionele variant wordt bulgur gebruikt. Bulgur wordt gemaakt van tarwe, die eerst wordt gestoomd, gedroogd en dan gebroken.

In deze versie gebruik ik quinoa. Ik vind persoonlijk de nootachtige smaak van die kleine bolletjes super lekker.

Of de toevoeging van de komkommer en de tomaten strookt met de klassieke bereidingswijze van tabouleh laat ik nog in het midden, maar ik vind deze variant best geslaagd.

Ingrediënten

2 personen

Voor de tabouleh

75 g quinoa
1 grote bussel platte peterselie, fijn gesneden
5 takjes munt, blaadjes fijngesneden
1 sjalot, fijngesnipperd
1 komkommer, van de pitjes ontdaan en in blokjes gesneden
4 tomaten, van de pitjes ontdaan en in blokjes gesneden
3 el olijfolie
sap van 1 citroen
1 tl komijnpoeder
1 tl gedroogde korianderblaadjes
1/2 tl za’atar kruiden

Voor de falafels

240 g kikkererwten uit blik (uitgelekt gewicht)
80 g diepvriesdoperwtjes, kort geblancheerd
1 sjalot, fijngesnipperd
1 flinke teen knoflook, fijngesneden
2 takjes verse munt, blaadjes fijngesneden
1 el havermeel
1 tl sesamzaadjes
1 tl paprikapoeder
1 tl komijnpoeder
1 tl korianderpoeder

Voor de looksaus

100 g Griekse yoghurt
1 teentje knoflook, fijngeraspt
olijfolie en sumac kruiden voor de afwerking

Benodigdheden

hakmolentje of foodprocessor

Stappen

Kook de quinoa gaar zoals aangegeven op de verpakking. Laat afkoelen en uitlekken.

Doe voor de falafels de helft van de kikkererwten, samen met de overige ingrediënten in de hakmolen, kruid met flink wat peper en zout van de molen en hak fijn. Voeg op het einde de resterende kikkererwten toe en hak nog een 5-tal seconden. De bedoeling is dat er nog een beetje ‘bite’ in de balletjes zit. Neem per portie een opgehoogde eetlepel van het kikkererwtenmengsel en maak er kleine koekjes van. Bewaar ze op een stuk bakpapier op een bord of in een doosje. Je krijgt ongeveer 12 stuks uit het mengsel. Laat de falafels minstens een uurtje in de koelkast staan.

Meng voor de tabouleh alle groenten en kruiden onder de quinoa. Voeg het citroensap en de olijfolie toe en meng alles goed om. Kruid met flink wat peper en zout van de molen.

Meng de knoflook door de Griekse yoghurt. Kruid ook dit af met peper en wat zout van de molen. Voeg een scheutje goede olijfolie toe en werk af met sumac kruiden.

Bak de falafels nu in een pan met antikleeflaag en wat olie, tot ze aan beide zijden een mooi bruin kleurtje en een krokant korstje hebben.

Wist je dat?

Ik strooi op het einde nog een handvol gehakte, gezouten amandelnoten over de tabouleh. Niet volgens de traditie, maar het geeft wel een lekkere crunchy toets aan je salade.

Overschotjes van de quinoa kan je bewaren tot de lunch van de volgende dag.

Dit zijn geen crunchy falafels zoals je ze bij de Libanees voorgeschoteld krijgt omdat deze niet gefrituurd worden. Een volgende keer probeer ik de gefrituurde variant, but for now, doorstaan deze zeker ook de test (en ze zijn een beetje gezonder).

Geef een reactie Reactie annuleren

Geen schema gevonden.